Thuur va Bâltsje

Kent u hem nog?
door Mon Mourmans

3blz21 

                      In deze rubriek roepen wij herinneringen op aan een persoon uit ons dorp, die hier in het nog niet zo lange verleden leefde en werkte. Ditmaal hebben wij het over Arthur Schreurs, in onze dorpstaal bekend als Thuur va Bâltsje. Deze benaming is niet gerelateerd aan zijn vader doch aan zijn grootvader Baltus Schreurs.
Thuur werd geboren op 31 oktober 1907 uit het huwelijk van Johannes Hubertus Franciscus (Sjang) Schreurs en Sibilla Elisabeth Prevaes. Grootvader Baltus en vader Sjang waren schrijnwerkers en hadden hun bedrijf op de hoek Limburgerstraat/Keunestraat, in een huis dat rond 1923 werd afgebroken en daarna werd herbouwd in de nu bestaande woning Limburgerstraat 123.
Uit het huwelijk van vader Sjang en moeder Sibilla werden zeven kinderen geboren: het eerste kind overleed op anderhalf-jarige leeftijd en verder groeiden drie zonen en drie dochters in het gezin op. De zonen werden allen timmerman. Jan vertrok naar België om er naast timmerwerk een boerderij te beginnen. Alfons verhuisde naar Euverem (in de Díl), waar hij een café ging runnen alsmede een boerderij met daarnaast timmerwerk. Arthur tenslotte nam de zaak van zijn vader over. Ook hij boerde daarbij op kleine schaal met enkele koeien en varkens.

3blz22
                                                     
   Sjang Schreurs (1863-1935)

Arthur trouwde op 20 februari 1936 met Elisabeth Hornesch. Zij werd in Keer geboren op 11 mei 1911 uit het huwelijk van Egidius Joseph Maria Hornesch en Maria Helena Duijsens. Thuur en zijn vrouw kregen vier zonen en twee dochters. Ook deze zonen werden allemaal timmerman.
Het timmerwerk van vóór de oorlog hield in dat men zelf voor het materiaal zorgde, dus zelf bomen kappen, met de tríkbâl (trekbal) transporteren en zagen tot planken. Dit laatste gebeurde door de boom over een gegraven gat te leggen. Eén man stond in het gat, de ander op de stam en zo werden geheel handmatig planken gezaagd. Het werk dat Thuur leverde, betrof hoofdzakelijk boerengerei: melkstoelen, aege (eggen), karwielen en karren. Maar verder ook tafels, kasten, stoelen en af en toe materialen voor de woningbouw. Tot ruim vijftig jaar geleden maakte men ook nog doodskisten, daar vandaan de naam sjriênewaerker (schrijnwerker, schrijn = bewerkte kist). Bij een overlijdensbericht ging Thuur de familie condoleren en nam en passant de maat van de overledene. Ook deed hij het wel eens met een schatting. Omdat men vroeger meestal maar een paar dagen uëverierd (opgebaard) lag, werd meteen begonnen met de productie van de kist. Een hele dag werk voor twee man. Het materiaal was grotendeels olmenhout, maar soms ook wel eiken. Het transport vond plaats per handkar. De oudste zoon van Thuur, Jean, heeft er tot in Bemelen toe bezorgd. Thuur kwam hem achterna met de fiets en zorgde vervolgens zelf voor het “inzerken” van de overledene. Ooit beschikte men zelfs over een dodenwagen, die door het paard van Äödem Goessens werd getrokken.
Bij al dit droevige werk was er toch ruimte voor een grapje. Veldwachter Kersjes kwam regelmatig in de werkplaats even een praatje maken. Als Thuur bezig was met het maken van een kist vroeg hij steevast: “Ga d’r  eens in liggen, Kersjes”. Deze weigerde uiteraard en vertrok met de voor hem bekende grijns op het gelaat. Thuur kon er echter hartelijk om lachen….. Toen begrafenisondernemen een apart beroep werd, nam Bovens uit Heer de uitvaarten van Thuur over. Deze bleef wel nog jarenlang kisten voor de begrafenisonderneming maken.
Na 1945 nam de woningbouw hand over hand toe en breidden de werkzaamheden op dat gebied zich steeds verder uit. Gaandeweg ontstond dan ook een volwaardig timmerbedrijf dat op de dag van vandaag wordt voortgezet door een kleinzoon van Thuur.

In het maatschappelijk leven heeft Arthur Schreurs zich ook niet onbetuigd gelaten. Toen in 1921 de fanfare werd opgericht was hij er meteen bij en speelde piston, later bariton. In 1946 was hij 25 jaar lid en bij het 40-jarig bestaan prijkte hij op de foto als bestuurslid. Ook zijn vier zonen maakten langer of korter deel uit van de fanfare. Zijn liefde ging verder uit naar de duivensport en hij was dan ook jarenlang lid van de duivenvereniging “De Luchtbode”. Tenslotte behartigde hij ruim tien jaar lang als kerkmeester de stoffelijke belangen van de parochiegemeenschap.
Wij hebben Arthur Schreurs gekend als een hartelijke man, rustig, opgewekt en zonder veel eigendunk. Hij was een van de weinige zakenmensen die ons dorp rijk was.
Thuur overleed op 27 december 1975.

Please publish modules in offcanvas position.

Free Joomla templates by L.THEME