Het blijkt ook in die tijd al een diepgewortelde menselijke eigenschap te zijn geweest te pogen de ‘belasting’ te ontduiken. De inwoners gaven niet al hun bezittingen (lees: bomen) bij de gemeente aan. Om het probleem definitief op te lossen besloten onze vroede vaderen op 22 mei 1856 tot invoering van (nieuwe) huisnummers. Bij reglement werden de ingezetenen verplicht dit nummer ook op hun bomen op de gemeentegronden te plaatsen. Bomen die niet van een nummer voorzien waren, werden als eigendom van de gemeente beschouwd en zouden openbaar verkocht worden.
Gebrek aan inventiviteit kan de toenmalige dorpsbestuurders in ieder geval niet verweten worden.
Geschreven door Lei Haesen, Keerder Kroniek VI, 188
Bron: Gemeentearchief Margraten, Archief van de voormalige gemeente Cadier en Keer, inv. nrs. 3 en 12.