Een blik achter de schermen


De bestudering van de kerkregisters van pastoor Kikken
door drs. Simon Peters

In de onderzoeksfase die voorafging aan de artikelenreeks over aangelegenheden rond doop en overlijden omstreeks 1700 in ons dorp, hebben wij met de nodige zorgvuldigheid de kerkregisters uit de jaren 1680-1735 bestudeerd. De eerste resultaten van dit onderzoek zijn na deze bijdrage in een artikel verwerkt door Lei Haesen.

Spannende speurtocht
Natuurlijk wisten wij van te voren dat onze pastoor Kikken, in tegenstelling tot veel andere pastoors in de omgeving, de aardige gewoonte had om, naast de zakelijke mededelingen bij doop-, huwelijken overlijdensberichten, soms wat extra informatie toe te voegen.
Maar dat hij daarbij zoveel boeiende details noteerde en ons daarmee zoveel inzicht bood in de levensomstandigheden van die tijd, heeft ons herhaaldelijk verrast. Wij hadden soms het gevoel via deze kerkarchieven 'even binnen te stappen' in ons dorp van 300 jaar geleden. Maar wij kregen deze entree niet voor niets, wij moesten er moeite voor doen. De lezer die erin geïnteresseerd is, willen wij graag een blik gunnen in ons bronnenonderzoek en laten zien met welke moeilijkheden wij zoal te maken kregen.

Moeilijkheden
De registers zijn geschreven in het Latijn, zoals rond 1700 gebruikelijk was, en wel in het persoonlijke handschrift van de pastoor. Ze zijn dus ongeveer 300 jaar oud en worden bewaard in het stadsarchief van Maastricht. De transcriptie (= overschrijving, bijv. in een getypte versie) en de vertaling van deze registers plaatsten ons wel eens voor problemen, omdat:

a. het manuscript (= oorspronkelijk handschrift) niet altijd (meer) goed leesbaar was: de kwaliteit van onze kopie was matig, de inkt was her en der vervaagd, doorhalingen, gekriebel, etc.
b. wij moesten wennen aan het handschrift van pastoor Kikken; ieder handschrift is anders, zoals men zal begrijpen.
c. wij moesten wennen aan het kerklatijn van die tijd, met zijn geheel eigen idioom.
Ter illustratie van bovenstaande zullen we een voorbeeld geven. Wij laten eerst een doopbericht in de originele tekst van het manuscript (gedateerd 7 mei 1695) zien:

Het handschrift:

jrg7blz72a

Op het eerste gezicht is dit zo goed als onleesbaar, want erg duidelijk is de kopie bepaald niet. Maar na enige bestudering en met enige kennis van het Latijn en op grond van enige ervaring kunnen wij deze tekst als volgt lezen:

De transcriptie: De vertaling:
De Keer 
De nocte in ipsa domo parturientis bapt(isat)us 
ê(st) ex necessitate aqua naturali et 
7 Maij mane suppletae caeremoniae impo-
nendo nomen Christianus filius Aegidij 
de Bie et Barbarae Kicken coniugum.
suscep( erunt): Aegidius filius Henrici de Bije, 
et Anna Brouwers. Deus benedicat
ilium. Amen.
In Keer
's Nachts is in het huis van de kraamvrouw zelf
een nooddoop toegediend met gewoon water en
op 7 Mei 's ochtends zijn de ceremonié'n aangevuld met het
geven van de naam: Christianus, zoon van Aegidius
de Bie en Barbara Kicken, echtgenoten.
Peter en meter: Aegidius, zoon van Henricus de Bie,
en Anna Brouwers. Moge God hem zegenen.
Amen.

Laten wij deze transcriptie maar eens vergelijken met het handschrift en daarbij letten op de volgende dingen:
- soms worden er afkortingen gebruikt (aangeduid met een horizontaal streepje erboven) en die moet je toevallig wel kennen. Zie bijvoorbeeld baptus ê (regel 1-2) = baptisatus est (is gedoopt) en suscep. (regel 6) = susceperunt (zij hebben ten doop gehouden, d.w.z peter en meter)
- de pastoor schrijft de letter s niet steeds op dezelfde manier. Vergelijk bijvoorbeeld ipsa (regel 1), parturientis (regel 1), necessitate (regel 2), suppletae (regel 3);
- de letter c en de letter r lijken soms erg veel op elkaar en dat kan verwarrend zijn. Vergelijk bijvoorbeeld de c in necessitate (regel 2) of in suscep. (regel 6) met de r van Christianus (regel 4);
- pastoor Kikken schrijft soms zgn. ligaturen (= ineenvlechting van letters), bijvoorbeeld bij de combinatie ae. Zie suppletae caerimoniae (regel 3)

Men moet hierbij bedenken dat één onleesbare letter in het Latijn de betekenis van een heel woord en zelfs een hele zin onduidelijk kan maken!

Wat het kerklatijn betreft: natuurlijk is de terminologie in deze doopberichten karakteristiek voor het Latijn van het Christendom.
Woorden en begrippen als:
baptisare ex necessitate = een nooddoop toedienen,
suscipere = ten doop heffen,
benedicere = zegenen,
behoren uiteraard tot het idioom van de groepstaal der Christenen. In dit voorbeeld leverde dat geen problemen op, maar soms heeft het tot wat meer speurwerk geleid.

Mijn laatste opmerking betreft de kwaliteit van het Latijn van pastoor Kikken. Er wordt wel eens beweerd dat het pastoorslatijn niet uitstijgt boven het zogenaamde potjeslatijn. Op grond van de vele tekstjes die ik in deze kerkarchieven gelezen heb, kan ik dat vooroordeel niet bevestigen: het mag dan geen fraai literair Latijn zijn (dat was ook niet zijn streven), maar het is correct en verzorgd Latijn, ook daar waar hij buiten de standaardformuleringen zijn eigen weg moest zoeken.

Al met al hebben Lei Haesen en ik gedurende een jaar ongeveer onze woensdagochtend besteed aan de ontcijfering van deze kerkregisters met een omvang van 123 dichtbeschreven pagina's, AA formaat. Dat is misschien veel tijd, maar wij dachten dat het de moeite waard was.
En het waren bepaald geen ongezellige uurtjes, integendeel.

jrg7blz74

Please publish modules in offcanvas position.

Free Joomla templates by L.THEME