De bakoven van boerderij van de Winthaag

Kent u deze plek?
door Jo Purnot

Een van de weinige oude bakovens, misschien zelfs de enige die Keer nog rijk is, ligt aan de Pastoor Kikkenweg, achter de boerderij Dorpsstraat 46.Tegenwoordig woont hier de familie Genders, maar oude Keerdenaren spreken over de boerderij van de Winthaag. Hoe oud de oven is, is (nog) niet bekend, maar het moet een oudje zijn, ook al omdat deze gedeeltelijk uit baksteen en gedeeltelijk uit mergelblokken is opgetrokken. De oven verkeert niet meer in goede staat en is aan een fikse opknapbeurt toe.

 jrg2blz155

 

’t Bakkes (de bakoven) nam in het begin van de vorige eeuw nog een belangrijke plaats in. Vaak lees je dat bijna elke woning met een huisweide een bakoven had. Maar als we de eerste kadasterkaart (1842) bestuderen dan blijkt toch dat niet iedereen zich een dergelijke gebouwtje kon permitteren, althans ze staan niet op de kaart. In Cadier staan bij de 32 huizen/boerderijen maar acht bakovens vermeld. In Keer is dat wat meer: bij de 54 huizen/boerderijen zijn negentien bakovens ingetekend. Het bouwen van e bakkes was geen eenvoudige zaak. Het gebeurde vaak door mensen die daarin gespecialiseerd waren. In ons dorp was Math Huits (Heuts) een van de laatste ovenbouwers. Men hield bij het plaatsen van 't bakkes zoveel mogelijk rekening met de overheersende windrichting. In verband met brandgevaar was het vele eeuwen verboden het bakhuis aan de woning te bouwen. De rondvliegende vonken konden brandgevaar opleveren, zeker vroeger toen de daken van meer brandbaar materiaal waren dan tegenwoordig.

 jrg2blz156

Ingang van ’t bakkes van de Winthaag

 In de achttiende eeuw maakten de autoriteiten van Cadier en Keer zich zorgen over brandgevaar. Vrij vertaald, verklaarden zij dat “ondanks verschillende droevige voorbeelden van branden in de omliggende plaatsen, men bespeurt dat de ingezetenen van Cadier onachtzaam blijven”. Reden om de Ordonnantie op het stuk Brandt verder aan te scherpen. ‘t Bakkes moest tenminste 25 passen van de woning worden verplaatst. Bakovens die dichter bij het huis stonden, moesten worden gebouwd. Bakovens die dichter bij het huis stonden, moesten worden verplaatst. Gebeurde dat niet dan zou het bakhuis op kosten van de eigenaar “gedemolieert (=gesloopt) en om verre geworpen worden”. De bakovens moesten van binnen voorzien zijn van goed metselwerk en alle stro- en rietdaken dienden vervangen te worden door pannen. Verder mocht niemand hennep, vlas of ander licht ontvlambaar materiaal in de bakovens laten drogen op straffe van vijf goudguldens, bij herhaling het dubbele bedrag en bij eenderde overtreding zou de eigenaar gerechtelijk worden vervolgd.

Terug naar de oven aan de Pastoor Kikkenweg. De boerderij waar de oven bij hoort, bestaat uit een vrijstaand woonhuis uit 1932 en een L-vormig bedrijfsgedeelte uit 1856. Boven de beide poorten aan de Dorpsstraat zijn sluitstenen gemetseld. Boven de oostelijke poort staat op de sluitsteen AK 1856, boven de westelijke HP 1856. Dit zijn de initialen van de eigenaar Andries Kicken en zijn echtgenote Helena Paulissen en het jaar van de bouw van de schuren. Hebben zij toen zij de schuren lieten bouwen ook de oven laten plaatsen? Onze gegevens zijn te beperkt om dat te kunnen nagaan.

 Andries Kicken, geboren in Bemelen, en de Keerse Helena Paulissen huwden in Bemelen op 15 februari 1844. Via hun (schoon)ouders Jan Lambert Paulissen en Elisabeth Halders kregen zij de boerderij in de Dorpsstraat in bezit. Andries en zijn gezin woonden toentertijd op ’t Gasthuis, gemeente Bemelen. Daar werden ook alle twaalf kinderen geboren. Naderhand ging hij met zijn gezin in Frankrijk (Houssage) wonen. In de boerderij aan de Dorpsstraat woonden achtereenvolgens de families Brouwers-Lejeune, Vaessen-Sleijpen en Huls-Huijnen. Op 1 mei 1893 keerde Andries met zes ongehuwde volwassen kinderen terug en betrok de hem toebehorende boerderij aan de Dorpsstraat. Zijn vrouw en dochter waren in Frankrijk overleden. Drie jaar later, hij was toen 88 jaar, overleed hij.  Nadat de ongehuwde kinderen, waaronder Bèrke Kicken, de laatste schaapherder van Keer, in 1934 overleden waren, nam begin 1936 de ongehuwde Andreas Vliex zijn intrek in de boerderij aan de Dorpsstraat. Hij bracht zijn zuster en haar man Joannes Joseph Hubertus Winthagen mee. Vandaar dat de boerderij nu nog van de Winthaag  wordt genoemd.

 In het gemeentearchief vonden we nog een tekening van een bakhuis. Het gaat hier om ‘t bakkes van het hoofd der school Egidius Vliegen, de latere burgemeester van Cadier en Keer. Het werd gebouwd in 1880 en grensde aan de privaten van de in 1878 gebouwde openbare school met onderwijzerswoning, nu: Keerhoes. Dit bakhuis werd opgetrokken uit mergel. De bakoven werd deels gemetseld, deels in kalkmortel met “harde brikken” (veldbrand). De vorstpannen werden aangestreken met kalkmortel vermengd met koehaar.

 jrg2blz158

 Tekening van het voormalig bakhuis bij de onderwijzerswoning van Egidius Vliegen.

 

Informatie: Wiel Becker
Bronnen: Archief voormalige gemeente Cadier en Keer:
1.  Bevolkingsregisters gemeente Cadier en Keer
2. Voorlopige lijst gemeentelijke monumenten        

Please publish modules in offcanvas position.

Free Joomla templates by L.THEME